
Jeugdzorgmedewerkers ervaren regelmatig problemen door taalbarrières vanwege een gebrek aan tolken, zo blijkt uit een onderzoek van het tv-programma Argos. Hierdoor kunnen kwetsbare kinderen nog verder in de problemen komen. Hulpverleners geven aan dat de problemen in de jeugdzorg deels het gevolg zijn van bezuinigingen in 2012, toen de vergoeding voor tolken in de zorg werd afgeschaft. In de praktijk betekent dit dat er vaak geen tolk wordt ingezet, meldt Argos.
De afschaffing was gebaseerd op de veronderstelling dat statushouders binnen zes maanden de Nederlandse taal zouden leren. De afgelopen jaren is er echter onder druk van verschillende organisaties deels van dit beleid afgeweken. Het leren van Nederlands blijkt voor velen moeilijker dan gedacht.
Tegenwoordig kunnen de meeste anderstalige volwassenen met een verblijfsstatus, zoals zij die psychische zorg nodig hebben of zwangere vrouwen, en recent ook Oekraïners, weer gebruikmaken van een tolk. Voor kinderen geldt deze regeling echter nog niet; als zij jeugdzorg nodig hebben, wordt een tolk niet vergoed.
Dit veroorzaakt problemen, zegt klinisch psycholoog Mustafa Urkiakhel, die werkt in een jeugd-ggz-instelling in Hoorn waar veel kinderen met een migratieachtergrond worden behandeld. "Het gaat om kinderen die in hun ontwikkeling en veiligheid bedreigd worden. Ze hebben traumatische ervaringen zoals oorlog of seksueel misbruik meegemaakt. Het is onbegrijpelijk dat voor deze kwetsbare doelgroep geen tolken worden vergoed.
Onnodige betrokkenheid van de Kinderbescherming Omdat ouders geen tolk kunnen betalen en deze niet wordt vergoed, krijgen kinderen vaak niet op tijd de juiste hulp. Dit kan ernstige gevolgen hebben, zoals een verslechtering van thuissituaties of een achterstand op school, omdat de kinderen zelf moeten tolken voor hun ouders. Bovendien kunnen hulpverleners belangrijke problemen missen door miscommunicatie.
Zo werd de Kinderbescherming in een geval ten onrechte ingeschakeld. Een medewerker van de Raad voor de Kinderbescherming vertelde aan Argos over een melding dat een moeder haar kind zou uithongeren. Uiteindelijk bleek het probleem te maken te hebben met borstvoeding; de moeder produceerde te weinig melk zonder dit door te hebben. Pas toen een tolk haar dit uitlegde, begreep ze het en voelde ze zich enorm beschaamd.
Tolken zijn vaak te duur In 2021 liet het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport onderzoek doen naar de situatie rondom tolken in de zorg. Uit het rapport bleek dat instellingen vaak geen tolk inzetten vanwege de kosten. In 43 procent van de gevallen wordt er nooit een tolk gebruikt, zelfs wanneer daar wel behoefte aan is. In 29 procent van de gevallen gebeurt dit slechts zelden.
Specifiek in de zorg voor kinderen blijkt dat 28 procent van de zorgverleners taalbarrières als een terugkerend probleem ervaart.
Gemeenten vragen om steun vanuit Den Haag In reactie op vragen van Argos hierover, stelt het ministerie dat gemeenten en zorgaanbieders afspraken moeten maken over het gebruik van tolken, aangezien jeugdzorg onder hun verantwoordelijkheid valt. De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) ziet dit anders.
Volgens de VNG kunnen gemeenten niet verantwoordelijk worden gehouden voor de kosten van tolken, aangezien deze regeling is afgeschaft voordat zij jeugdzorg onder hun takenpakket kregen. "Sommige gemeenten dekken de kosten vanuit hun eigen begroting, maar worden hiervoor niet gecompenseerd door het Rijk."
De VNG staat open voor een landelijke regeling, maar benadrukt dat er eerst financiële ondersteuning vanuit Den Haag nodig is om dit mogelijk te maken.
Comments